Dag Chiang Mai
25 Januari 2017 | Thailand, Ban Doi Phrabat
Dag Chiang mai
We beginnen langzaam maar zeker het ritme van deze leefstijl te pakken te krijgen.
Aangekomen in Chiang Mai om 06:00 staan we rillend met ons bagage naast het busstation bij te komen. We drinken wat koffie en proberen uit te vogelen hoe we zonder energie onze verblijfplaats zullen vinden. Gelukkig biedt een aardige Thaise meneer aan om ons kosteloos naar het guesthouse te rijden. We checken in en besluiten wat slaap in te halen. We worden wakker en gaan de stad verkennen.
Chiang Mai is een stuk rustiger dan Bangkok, de stad is omringd door grote bergen en staat vol met prachtige tempels. Na ongeveer iedere kilometer lopen kun je een paar zijstraten in en kom je een prachtige tempel tegen die omringd is door een oase van rust en straat katten, honden en salamanders.
De volgende dag lopen we pratend door de stad om de tempels te bekijken (tip van een Thai, na 18:00 zijn de tempels rustig en gratis te bezoeken). We komen bij een tempel genaamd Wat Jetlin. Naast een ander koppel zijn wij de enigen die er zijn. Voor 10 Baht kopen we voer voor de vissen (grote meervallen) en honderden duiven. Zodra we het zakje openen worden we aangevallen door de duiven. Lachend ren ik weg terwijl Faouzi omring word door de duiven die op zijn handen staan om gevoerd te worden.
In ruil voor een kleine donatie aan de tempel is het mogelijk een positieve boodschap te schrijven op een dakpan die worden gebruikt voor de bouw van een nieuw gebouw in het complex. We ontmoeten even later Jip, een Thai uit Chiang Mai die werkzaam is als leraar op de basisschool. Hij verteld ons dat we de olifanten opvang moeten bezoeken. De mensen hebben geld nodig om ze te voeren, lachend zegt hij "Elephant eat so many food, all day food and Thai people need money for elephant food." We lopen aan de hand van zijn aanwijzingen naar de TTA (Thailand tourist association) en boeken een dag uitje naar de olifanten en geven nadrukkelijk aan dat we ze niet willen berijden (helaas wordt dit veel gedaan door toeristen). Dieren zijn niet gemaakt voor menselijk vermaak! Het bureau geeft aan dat dit een olifanten opvang is, de olifanten zijn gered van houtkap in Myanmar. Helaas is het voor hen niet mogelijk om vrij in de bossen te leven doordat mensen hen voor toeristisch vermaak weer gevangen zullen nemen dus nemen zij de taak op zich om de olifanten te onderhouden.
De volgende dag huren we een scooter (zonder internationaal rijbewijs) en natuurlijk worden we binnen 3 minuten aangehouden en betalen we de boete van 400 Baht (€ 10,56) wat gelijk staat aan een 7-daags rijbewijs. We rijden naar de "Grand Canyon" van Chiang Mai.
We zwemmen daar de hele dag en willen vanaf daar terug rijden naar het centrum via een omweg om de snelwegen te vermijden. De weg leidt ons dwars door het national park dat bestaat uit dicht regenwoud. Bij aankomst in Chiang Mai brengen we de scooter terug en lopen via de vele rustige steegjes door het centrum. Per toeval (zoals altijd) komen we een afgelegen veganistisch restaurant tegen waar we de heetste curries die we hebben geproefd krijgen voorgeschoteld (het zweet stond ons op het voorhoofd) maar lekker dat het was!
De volgende ochtend laten we onze (voor ons gevoel) gigantische backpacks achter in het guesthouse omdat we de dag erna terug zullen komen.
We kopen buskaarten naar Pai, een klein dorpje dat op ongeveer 140km van Chiang Mai ligt.
De bus rijdt 3 uur lang dwars door de met tropisch regenwoud bedekte bergen. 272 bochten (ja echt waar en dan aan een stuk door) later belanden we in Pai. Aan het eind van de middag komen we aan bij ons hutje die we voor de nacht hebben geboekt dat net buiten het dorp ligt, midden in de natuur naast een kalm beekje. Na een tijdje in het dorp te hebben rondgelopen belanden we in een soort bar genaamd Pai Reggea house. We eten wat en het blijkt open mic night te zijn. De avond is gevuld met spontane optredens van allerlei reizigers (voornamelijk gitaar spelende hippies) 4 uur en 2 biertjes later lopen we in het donker met een uitzicht op een heldere sterrenhemel terug naar ons hutje, groeten onze nieuwe huisgenoot de salamander en vallen in slaap.
De volgende dag bezoeken we de reusachtige witte Boeddha die 253 tredes boven Pai zit. Onderweg naar boven ontmoeten we een Canadese/Indiase reiziger genaamd Raj die (op blote voeten) ook rondreist door zuidoost Azië. We mediteren een uur bovenaan de berg en genieten van het uitzicht op de vallei om vervolgens de treden weer omlaag te lopen. Even later pakken we de misselijk makende bus terug naar Chiang Mai.
Opstaan Ghazal, we gaan de olifantjes bekijken zegt Faouz en ik spring uit bed. We worden opgehaald en vertrekken met 7 andere mensen. Een koppel met 2 kinderen uit België die ook 6 maanden reizen, lang leve het Belgische onderwijs! En een moeder met 2 kinderen uit Taiwan, die mij herinnert aan mijn moeder en broertje. En rijden richting de bergen. Samen maken we medicijnen voor de olifanten en voeren ze kilo's bananen. Vervolgens gaan we met zijn allen het meertje in om de olifanten in te smeren met modder en ze te wassen.
Ik koop voor vertrek nog een handgemaakt sjaaltje bij de meiden die van een Karen dorpje ernaast komen. De opbrengst wordt gebruikt om de olifanten te voeren want "They eat all the time".
De dag erop zeggen we vaarwel tegen Chiang Mai en nemen we de bus naar Chiang Rai om even een paar dagen bij te komen. Hoe gek dat ook klinkt als je op een 6 maanden lange vakantie bent, maar we zijn beide iedere dag uitgeput door de vele kilometers lopen. Chiang Rai is voor ons voorlopig de laatste bestemming in Thailand voordat we de grens overgaan naar Laos.
We beginnen langzaam maar zeker het ritme van deze leefstijl te pakken te krijgen.
Aangekomen in Chiang Mai om 06:00 staan we rillend met ons bagage naast het busstation bij te komen. We drinken wat koffie en proberen uit te vogelen hoe we zonder energie onze verblijfplaats zullen vinden. Gelukkig biedt een aardige Thaise meneer aan om ons kosteloos naar het guesthouse te rijden. We checken in en besluiten wat slaap in te halen. We worden wakker en gaan de stad verkennen.
Chiang Mai is een stuk rustiger dan Bangkok, de stad is omringd door grote bergen en staat vol met prachtige tempels. Na ongeveer iedere kilometer lopen kun je een paar zijstraten in en kom je een prachtige tempel tegen die omringd is door een oase van rust en straat katten, honden en salamanders.
De volgende dag lopen we pratend door de stad om de tempels te bekijken (tip van een Thai, na 18:00 zijn de tempels rustig en gratis te bezoeken). We komen bij een tempel genaamd Wat Jetlin. Naast een ander koppel zijn wij de enigen die er zijn. Voor 10 Baht kopen we voer voor de vissen (grote meervallen) en honderden duiven. Zodra we het zakje openen worden we aangevallen door de duiven. Lachend ren ik weg terwijl Faouzi omring word door de duiven die op zijn handen staan om gevoerd te worden.
In ruil voor een kleine donatie aan de tempel is het mogelijk een positieve boodschap te schrijven op een dakpan die worden gebruikt voor de bouw van een nieuw gebouw in het complex. We ontmoeten even later Jip, een Thai uit Chiang Mai die werkzaam is als leraar op de basisschool. Hij verteld ons dat we de olifanten opvang moeten bezoeken. De mensen hebben geld nodig om ze te voeren, lachend zegt hij "Elephant eat so many food, all day food and Thai people need money for elephant food." We lopen aan de hand van zijn aanwijzingen naar de TTA (Thailand tourist association) en boeken een dag uitje naar de olifanten en geven nadrukkelijk aan dat we ze niet willen berijden (helaas wordt dit veel gedaan door toeristen). Dieren zijn niet gemaakt voor menselijk vermaak! Het bureau geeft aan dat dit een olifanten opvang is, de olifanten zijn gered van houtkap in Myanmar. Helaas is het voor hen niet mogelijk om vrij in de bossen te leven doordat mensen hen voor toeristisch vermaak weer gevangen zullen nemen dus nemen zij de taak op zich om de olifanten te onderhouden.
De volgende dag huren we een scooter (zonder internationaal rijbewijs) en natuurlijk worden we binnen 3 minuten aangehouden en betalen we de boete van 400 Baht (€ 10,56) wat gelijk staat aan een 7-daags rijbewijs. We rijden naar de "Grand Canyon" van Chiang Mai.
We zwemmen daar de hele dag en willen vanaf daar terug rijden naar het centrum via een omweg om de snelwegen te vermijden. De weg leidt ons dwars door het national park dat bestaat uit dicht regenwoud. Bij aankomst in Chiang Mai brengen we de scooter terug en lopen via de vele rustige steegjes door het centrum. Per toeval (zoals altijd) komen we een afgelegen veganistisch restaurant tegen waar we de heetste curries die we hebben geproefd krijgen voorgeschoteld (het zweet stond ons op het voorhoofd) maar lekker dat het was!
De volgende ochtend laten we onze (voor ons gevoel) gigantische backpacks achter in het guesthouse omdat we de dag erna terug zullen komen.
We kopen buskaarten naar Pai, een klein dorpje dat op ongeveer 140km van Chiang Mai ligt.
De bus rijdt 3 uur lang dwars door de met tropisch regenwoud bedekte bergen. 272 bochten (ja echt waar en dan aan een stuk door) later belanden we in Pai. Aan het eind van de middag komen we aan bij ons hutje die we voor de nacht hebben geboekt dat net buiten het dorp ligt, midden in de natuur naast een kalm beekje. Na een tijdje in het dorp te hebben rondgelopen belanden we in een soort bar genaamd Pai Reggea house. We eten wat en het blijkt open mic night te zijn. De avond is gevuld met spontane optredens van allerlei reizigers (voornamelijk gitaar spelende hippies) 4 uur en 2 biertjes later lopen we in het donker met een uitzicht op een heldere sterrenhemel terug naar ons hutje, groeten onze nieuwe huisgenoot de salamander en vallen in slaap.
De volgende dag bezoeken we de reusachtige witte Boeddha die 253 tredes boven Pai zit. Onderweg naar boven ontmoeten we een Canadese/Indiase reiziger genaamd Raj die (op blote voeten) ook rondreist door zuidoost Azië. We mediteren een uur bovenaan de berg en genieten van het uitzicht op de vallei om vervolgens de treden weer omlaag te lopen. Even later pakken we de misselijk makende bus terug naar Chiang Mai.
Opstaan Ghazal, we gaan de olifantjes bekijken zegt Faouz en ik spring uit bed. We worden opgehaald en vertrekken met 7 andere mensen. Een koppel met 2 kinderen uit België die ook 6 maanden reizen, lang leve het Belgische onderwijs! En een moeder met 2 kinderen uit Taiwan, die mij herinnert aan mijn moeder en broertje. En rijden richting de bergen. Samen maken we medicijnen voor de olifanten en voeren ze kilo's bananen. Vervolgens gaan we met zijn allen het meertje in om de olifanten in te smeren met modder en ze te wassen.
Ik koop voor vertrek nog een handgemaakt sjaaltje bij de meiden die van een Karen dorpje ernaast komen. De opbrengst wordt gebruikt om de olifanten te voeren want "They eat all the time".
De dag erop zeggen we vaarwel tegen Chiang Mai en nemen we de bus naar Chiang Rai om even een paar dagen bij te komen. Hoe gek dat ook klinkt als je op een 6 maanden lange vakantie bent, maar we zijn beide iedere dag uitgeput door de vele kilometers lopen. Chiang Rai is voor ons voorlopig de laatste bestemming in Thailand voordat we de grens overgaan naar Laos.
-
26 Januari 2017 - 00:33
Yonca:
Dag scheetjes!!
Kan me inderdaad voorstellen dat jullie uitgeput zijn, maar erg leuk dat jullie daar heerlijk actief zijn en volop van jullie dagen genieten. Ben zo positief jaloers op jullie haha. Jullie hebben gewoon olifanten van dichtbij gezien, aangeraakt, gewassen, gevoerd en geholpen. Geweldig!
Thanks voor jullie tweede verslag en ben benieuwd naar jullie avonturen in Laos ;) xx hou van jullie
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley